De bij is een onmisbaar insect in ons ecosysteem. Het bestuift bloemen en planten en helpt zo mee aan de productie van voedsel voor mens en dier. Maar hoe ontstaat een bij eigenlijk? In deze blog zal ik de levenscyclus van de bij beschrijven, van ei tot bij.
Het begint allemaal bij de koningin. Zij legt de eitjes, die uitgroeien tot larven en uiteindelijk tot bijen. De koningin kan wel tot 2000 eitjes per dag leggen, die ze in de raten van het bijennest deponeert.
De eitjes zijn wit en ovaal van vorm en ongeveer 1,5 mm groot. Na drie dagen komen de eitjes uit en komen de larven tevoorschijn. Deze zijn pootloos en hebben een witte kleur. Ze zijn ongeveer 2 mm groot en worden gevoed met een mengsel van stuifmeel en nectar, dat de werksters voor ze klaar maken.
De larven groeien snel en vervellen verschillende keren. Na ongeveer zes dagen zijn ze volgroeid en verpoppen ze zich. In deze fase ondergaan ze een metamorfose en ontwikkelen ze zich tot volwassen bijen. Dit duurt ongeveer 12 dagen.
Wanneer de bijen klaar zijn om uit te komen, maken ze een gaatje in de pop en komen ze tevoorschijn als volwassen bijen. Deze zijn eerst nog wit van kleur, maar worden snel donkerder. De jonge bijen hebben meteen al taken in het bijenvolk, zoals het voeden van de larven en het schoonhouden van de cellen.
Na ongeveer drie weken zijn de bijen volledig volgroeid en beginnen ze met hun echte taken in het bijenvolk. Dit kan bijvoorbeeld bestuiving zijn, maar ook het maken van honing of het beschermen van het bijennest. De levensduur van een bij varieert tussen de 15 en 50 dagen, afhankelijk van de taken die ze uitvoert.
Zoals je ziet is de levenscyclus van de bij een bijzonder proces. Van ei tot bij duurt het ongeveer 21 dagen, waarna de bijen hun taken in het bijenvolk op zich nemen. De bij draagt op deze manier bij aan het ecosysteem en de voedselproductie en is daarmee een belangrijk insect voor ons allemaal.